|
|
Emerson Radio Corp werd opgericht in 1915
als Emerson Phonograph Co, gevestigd in New
York City, door een geluidsman, Victor Hugo
Emerson, die daarvoor in dienst was van
Columbia Records. De
eerste fabrieken werden geopend in Chicago
en Boston in 1920. In
december van dat jaar, werd het bedrijf
slachtoffer van de onverwachte malaise in de
verkoop van grammofoonplaten tijdens de
recessie na de Eerste Wereldoorlog en de
groei van de commerciële radio. Het
bedrijf (dat aangaf de op twee na grootste
fabrikant van grammofoonplaten te zijn) werd
onder curatele gesteld. |
|
In 1922 kwam
Emerson Phonograph Co. in handen van
Benjamin Abrams en Rudolph Kanarak. Abrams,
een verkoper van grammofoons en
grammofoonplaten runde het bedrijf, samen
met zijn twee broers en noemde het Emerson
Radio & Phonograph Corp in 1924, nadat ze
zich ook gingen bezighouden met het verkopen
van radio's. De
belangen in grammofoons en grammofoonplaten
werden verkocht. Hoewel
Emerson de eerste radiogrammofoon combinatie
introduceerde in de Verenigde Staten,
bleef het bedrijf relatief onbekend tot het
in 1932, tijdens de Grote Depressie, de
"Peewee" radio (hieronder) introduceerde. |
|
Emerson Radio & Phonograph ging over
op militaire productie voor de
Tweede Wereldoorlog in 1942, toen
het een zesde van de Amerikaanse
radiomarkt in handen had. In
1943 werd het een publiekrechtelijke
organisatie. In
1947 was een van de eerste
naoorlogse producten een televisie
met een 10-inch beeldscherm. Hoewel
de verkoopprijs bijna gelijk was aan
een maandsalaris van een gemiddelde
werkende Amerikaan, positioneerde
dit Emerson aan de onderkant van de
markt, maar
door de grote vraag naar de
televisie tussen 1948 en 1950, wist
Emerson de verkoop te verdubbelen. |
|
In 1953 kocht
Emerson Radio and Phonograph, Quiet Heet Corp,
waardoor het bedrijf ook actief werd op het
gebied van airconditioning. Hoewel in 1954
radioproducten slechts 15 procent van de
omzet vertegenwoordigden, claimde het
bedrijf wel een aantal primeurs te hebben
gemaakt, zoals de wekkerradio, een
opwindradio en de transistor zakradio. De
productie van bandrecorders begon in 1955. |
Emerson Radio
and Phonograph kocht de afdeling
consumentenproducten van DuMont
Laboratories in
1958. Met deze overname werd een hoger
geprijsde lijn van televisies, platenspelers
en high-fidelity stereo-installaties samen
met het merk DuMont toegevoegd aan Emerson's
producten. Helaas
had elk Amerikaans huishouden dat een
tv-toestel wilde er toen al een, en veel
klanten die behoefte hadden aan een andere
set wachtten liever op een kleurentelevisie.
|
In 1965 kocht
het bedrijf Pilot Radio Corp. Later dat jaar
werd Emerson Radio en Phonograph zelf
gekocht door National Union Electric Corp.
Dit bedrijf bleef radio's,
televisietoestellen en grammofoons onder de
namen Emerson en
DuMont
produceren
en hi-fi apparatuur
onder de naam Pilot. |
In het
najaar van 1972 maakte National Union
Electric bekend dat Emerson de distributie
van televisies en andere home entertainment
producten zou stoppen. In
1973 verkocht Emerson de licentie voor de
marketing van producten onder de naam
Emerson aan Major Electronics Corp. In 1976
verhuisde het bedrijf het hoofdkwartier naar Secaucus,
New Jersey
en het veranderde in 1977 haar naam in
Emerson Radio Corp. |
In 1978 werden grammofoons,
radio's, bandrecorders en spelers, compacte
stereo-installaties, digitale wekkerradio's
en andere laag tot middelmatig geprijsde
elektronische apparatuur geïmporteerd,
geassembleerd en op de markt gebracht onder
de naam Emerson. In
1980 stopte Emerson Radio met het
laatste in de VS gemaakte product, de
grammofoon lijn, omdat ook die niet langer
winstgevend was als gevolg van stijgende
arbeidskosten. |
In 1983 stapte
het bedrijf opnieuw in televisietoestellen. Emerson
kocht sets van Goldstar Electric Co (LG
Electronics),
en verkocht ze tegen een hogere prijs. |
In 1984
tekende Emerson een 10-jarig contract met Orion
Electric om een lijn van videorecorders te
produceren naast
haar bestaande producten. |
In 1985 kwam
Emerson met een cd-speler en een magnetron. Later
dat jaar verhuisde Emerson Radio haar
hoofdkantoor naar North Bergen, New Jersey,
en verworven ze
H.H.
Scott, Inc.,
een bedrijf dat high-fidelity audiovisuele
apparatuur vervaardigde. De
producten werden verkocht onder de naam
Scott tot 1991, het jaar waarin de productie
werd gestaakt. |
In 1986 begon
Emerson met het importeren en verkopen van
koelkasten en hifi stereo
VHS-videorecorders.
Camcorders, telefoons en
antwoordapparaten werden toegevoegd aan de
productlijn in 1988.
In 1990 werden pc's en faxapparaten
toegevoegd aan het productassortiment in het
kader van een grote deal met meer dan 500
Wal-Mart winkels, maar dit eindigde als een
catastrofe voor het bedrijf: een verlies van
$ 150 miljoen. |
Fidenas
Investment Ltd, een Zwitserse
onderneming gevestigd op de Bahamas,
begon met het kopen van aandelen van Emerson
Radio in 1989. Helaas
verslechterde de financiële situatie van
Emerson. Toen het bedrijf uiteindelijk
failliet ging in oktober 1993, had Emerson een schuld van $ 223 miljoen opgebouwd
over de laatste twee jaar. |
In 1994 kwam
het bedrijf het faillissement te boven op
basis van een reorganisatieplan. In
het begin van 1995, in een poging om kosten
te besparen, gaf Emerson Radio de licentie
voor de vervaardiging van bepaalde
videoproducten onder de merken Emerson en
G-Clef voor een periode van drie jaar aan
Otake Trading Co. Ltd. In de Verenigde
Staten en Canada gaf het bedrijf de verkoop
van deze producten in licentie aan Wal-Mart
Stores, Inc. voor
dezelfde periode.
In 1995 betrad Emerson Radio
de markt van home theater en autoradio's en
de markt voor beveiligingssystemen met een
koolmonoxide detector. Het
bedrijf was van plan zijn naam uiteindelijk
lenen aan inbraakalarmering,
bewegingsmelders, persoonlijke alarmering,
rookmelders en
veiligheidsverlichting, maar het bedrijf
stopte daarmee in 1997. Daarnaast
kondigde Emerson aan de naam Emerson in
licentie te geven aan meer dan 250
audiovisuele accessoires gemaakt door Jasco
Products Co. |
Bijna 84
procent van alle producten werd in 1999
ingevoerd, voornamelijk uit China,
Hong Kong, Maleisië, Zuid-Korea en Thailand. Tonic
Electronics, Daewoo en Imarflex waren de
belangrijkste leveranciers. Het
bedrijf was sterk afhankelijk van Wal-Mart
Stores en Target
Stores, Inc. |
In 2001
verliet Emerson de video elektronica
business (tv, dvd-spelers, videorecorders)
en droeg de hele productlijn over aan
Funai. Funai
maakt en verkoopt nu Emerson videoproducten
voor Wal-Mart; Sanlian heeft de licentie
voor het Emerson merk voor andere
productcategorieën die geschikt zijn voor
de Chinese markt en werkt samen met Emerson bij het
ontwerp, de ontwikkeling en de fabricage van
deze producten. |
Tekst
gebaseerd op artikel in Wikipedia |
|
|